Dat er bij het smokkelen op den duur contacten met de handhavers ontstaan moge duidelijk zijn.
Al hoewel in Europa de grenzen dan wel niet "zichtbaar" zijn wil niet zeggen dat ze niet aanwezig zijn.
Als smokkelaars in contact kwamen met de wetsdienaars ontsprong zich een kat-en-muis spel, soms op leven en dood, om uit de handen te blijven van de "commiezen " (uitspraak ) zoals ze in de volksmond vaak genoemd werden.
De lokale bewoners wisten vaak de sluipweggetjes als het over kleine hoeveelheden ging die vervoerd werden.
Bij grotere of zwaardere transporten werden speciaal geprepareerde motoren, auto's of vrachtauto's gebruikt die zelfs oliesporen konden maken of kraaienpoten op de weg achterlieten om de achtervolgers af te schudden of op afstand te krijgen zodat men een veilig heenkomen kon zoeken.
Let wel: "vroeger" (voor het opheffen van o.a. de douaneposten) was de grens ook echt de grens voor de handhavers!
Men had totaal geen bevoegdheid over de grens en was zelfs zwaar in overtreding als men met de dienstwapens over de grens ging.